02. McLaren
Vodafone McLaren Mercedes
Het jaar van 2010 moest het jaar worden waarin Jenson Button naast Lewis Hamilton met trots zijn wereldtitel zou gaan verdedigen. Direct was duidelijk dat de wagen die het team had neergezet goed was, maar toch te kort kwam op Red Bull. In de eerste races van het jaar had het team veel baat bij de F-Duct, een vinding van het team. Gedurende het seizoen ontwikkelde de concurrentie echter soortgelijke systemen en raakte het team iets achterop. Beide coureurs bleven echter lang in de race voor de titel, welke uiteindelijk echter naar Red Bull en Sebastian Vettel gingen. Het team wil zich in 2011 revangeren en de titel weer naar zich toehalen.
Coureurs |
||
|
{youtubejw}bgjFDvL5MsE{/youtubejw} |
|
Teambaas |
Martin Whitmarsh |
|
Teammanager |
Jonathan Neale |
|
Technisch Directeur |
Paddy Lowe |
|
Chefingenieur |
Pat Fry Tim Goss |
|
Hoofdontwerper |
Neil Oatley |
|
Hoofd aerodynamica |
John Iley |
|
Aan de start sinds |
1966 |
|
Aantal starts |
684 |
|
Aantal overwinningen |
169 |
|
Aantal punten |
4.141,50 |
|
Aantal snelste raceronden |
142 |
|
Aantal poles |
146 |
|
Links |
||
|
Historie
McLaren Mercedes is een team dat al een lange geschiedenis binnen de hoogste tak van de autosport kent. De samenwerking met motorbouwer Mercedes is er echter niet altijd geweest. Het was namelijk Bruce McLaren die het team heeft doen ontstaan. Dit was al in het jaar 1963, maar in 1966 was daar het debuut binnen de Formule1. Zoals het de meeste teams tijdens hun eerste race vergaat was dit niet zo´n succes en was het al redelijk snel einde race.
De jaren zeventig kent zwarte bladzijden voor het team als oprichter Bruce McLaren komt te overlijden. Hij overleed tijdens een test voor de CanAm test. Dat was een raceserie in Amerika waar het team succesvol was. Toch betekende de dood van de oprichter niet het einde voor het team en in 1972 besloot het om zich alleen nog op de Formule1 en de Indycars te richten. Sterke jaren volgen, met in 1974 zowel de rijdertitel als de constructeurtitel binnen de Formule1 als resultaat. Twee jaar later werd door James Hunt de titel binnen de Formule1 weer veroverd. Hoewel de resultaten binnen de Indycars ook om over naar huis te schrijven waren, richtte het team zich vanaf de jaren tachtig enkel alleen nog op de Formule1.
In die jaren is het ook Ron Dennis die aan boord komt. Zijn team binnen de Formule2 gaat samen met McLaren en zo wordt er een sterk team gevormd. Motoren van Porsche, onder de naam TAG, moesten het chassis voortdrijven. Niet enkel motoren van Porsche zouden in die jaren dienst doen. Ook krachtbronnen van grote autofabrikanten Honda en Peugeot werden ingezet.
Vanaf 1996 kent het team een nauwe samenwerking met autoconcern Mercedes, die de krachtbronnen levert. Twee jaar later lijkt dat een zeer goede samenwerking als Mika Hakkinen de rijdertitel weet te veroveren. Ook de constructeurtitel is dat jaar een feit. Een jaar later weet de Finse coureur opnieuw tot wereldkampioen gekroond te worden, maar tegenstander Ferrari weet de constructeurtitel te winnen.
De jaren die volgen is het Hakkinen die het team verlaat, maar Kimi Raikkonen die er voor in de plaats komt. De ‘Iceman’, zoals zijn bijnaam luit, grijpt tot twee keer toe naast de titel als de dominantie van Ferrari ten tonele komt. In 2007 komt de tweevoudig wereldkampioen Fernando Alonso het team versterken en met naast hem debutant Lewis Hamilton begint het team met een nieuw rijdersduo.
Alonso wil meestrijden om de wereldtitel en dit gaat hem ook goed af. Het team heeft een sterk chassis neer weten te zetten, maar de Spanjaard wordt verrast door zijn jongere teammaat die tot de allerlaatste race de beste papieren in handen had. Beiden grijpen uiteindelijk net naast de wereldtitel. Ook bij de constructeurs kan McLaren Mercedes niet om de hoofdprijs meedoen. Dit alles vanwege de spionagezaak die als een smet boven het seizoen hing. Het team heeft middels Mike Coughlan informatie in bezit gehad van en over Ferrari. Hierop werd het team uitgesloten bij de constructeurs en werd er een recordboete opgelegd.
Aan het einde van het seizoen besluiten Fernando Alonso en het team dat het het beste is als beiden een eigen weg inslaan. Alonso keert terug naar Renault, terwijl Heikki Kovalainen juist van Renault richting McLaren Mercedes verkast. Met Hamilton en Kovalainen wil het team in 2008 dan ook maar één ding, de titel binnenhalen. Gedurende het seizoen blijkt dat Kovalainen snel is, maar vele problemen zorgen ervoor dat hij de strijd om de titel niet kan bijbenen, zijn teammaat Hamilton echter wel.
Sterke optredens en enkele fouten volgden elkaar op. Vooraf aan de laatste race in Brazilië had Hamilton een voorsprong van zeven punten op de andere titelkandidaat Felipe Massa, net als een jaar eerder, maar toen op Raikkonen. Dit jaar gaat het wel goed voor Hamilton. In de allerlaatste ronde ligt hij nog op een zesde plek, waarmee hij naast de titel zou grijpen. Echter, bij het opkomen van het rechte stuk richting de finishvlag weet hij Jarno Trulli in de Toyota te passeren en zo voor het thuispubliek van Massa de wereldtitel te veroveren. Hiermee is hij de jongste wereldkampioen. De strijd om de constructeurtitel verloopt anders, die eer ging naar het team uit Maranello.
Voor 2009 waren de doelen dan ook helder, het opnieuw veroveren van de wereldtitel. Echter, hoe goed Hamilton ook mag zijn, ook hij kan van een slechte wagen geen winnaar maken. De regerend wereldkampioen moet toezien hoe de anderen de zaken veel beter op de rit hebben, en prolongeren van de wereldtitel kan hij al snel vergeten. Het team geeft echter niet op en met man en macht wordt de wagen verbeterd, en met resultaat. Het team weet de weg naar boven te vinden en in de tweede helft van het jaar kan het team weer om de prijzen meestrijden. Voor 2010 is het dan ook helder, dan moet de wagen vanaf het begin snel zijn. Enkel probleem kan alleen zijn dat Mercedes zich vanaf het nieuwe seizoen met name op haar eigen team zal richten.
2010 blijkt het team van McLaren een vinding op de auto te hebben welke het een groot voordeel op het rechte stuk geeft. De F-Duct, zoals het systeem genoemd wordt, zorgt ervoor dat op het rechte stuk de zuigende werking (drag) van de achtervleugel zo goed als geneutraliseerd wordt. De auto is hierdoor enkele kilometers per uur sneller dan de concurrentie en kan daardoor eenvoudiger inhalen aan het einde van een recht stuk. De eerste helft van het seizoen heeft men veel baat bij het systeem, maar al snel komen de andere teams met soortgelijke ontwikkelingen op de proppen. Zowel Button als Hamilton doen lang mee om de titel, maar vanaf Korea zijn de kansen voorbij voor Button. Hamilton kan nog tot de laatste race aan toe kampioen worden, maar dit is pure theorie. Met een tweede plek bij de contstructeurs en een 4de en 5de plek bij de rijders moet men zich tevreden geven. Voor 2011 verwacht men echter veel goeds.
- Details
- Hits: 11628